Moeder de vrouw

Moeder de vrouw

Ik wist niet dat het voor het laatst was
toen ik bij haar was in de vertrouwde kamer
bij de bloeiende planten, het gedempte licht,
in de rust van hoe het leven was geworden.

Ze aaide het kanten tafelkleed, wist
niet goed raad met het kind
dat rond de stoelpoten kroop.
Nogmaals oma, ongedacht.

Ze keek me voorbij. Achteraf
denk ik dat haar ogen zich richtten
naar het herfstlandschap
dat ze kocht bij hun trouwen,
jarenlang boven de kast.

Een kwarteeuw na haar dood vermoed ik
dat ze zichzelf zag lopen daar, in de gouden lanen
onder koninklijke bomen waar gevallen blad
het pad bedekte, albasten beelden troonden
in zichtbare stilte, de lage zon.

Dat ze misschien dacht daarheen te gaan.

Thuis Inhoud Vorig Volgende